Steden worden gekenmerkt door een relatief stenige omgeving, waar op het gebied van ecologie vaak nog veel winst valt te behalen. Gelukkig staat vergroening van de stedelijke omgeving in veel gemeenten op de agenda. Om de biodiversiteit in de stad optimaal te vergroten en te versterken is ecologische onderbouwing belangrijk. Welke soorten of soortgroepen zijn ecologisch gezien het meest van belang, en om welke reden? Hoe ziet de trend over afgelopen jaren en de huidige verspreiding van aan de stad gebonden soorten eruit? En van welke kansen en knelpunten is er sprake in bepaalde stadsdelen? Dit soort vragen vormt de basis voor de concrete vergroeningsadviezen die wij uitbrengen.
In Amsterdam bijvoorbeeld zijn afgelopen jaren verschillende gebieden onder de loep genomen. Zo is voor het Oostelijk Havengebied advies uitgebracht voor de ontwikkeling van kruidenrijke grasstroken en bosplantsoenen op plekken die zich hiervoor lenen. Het belang van een variatie aan inheemse, gebiedseigen soorten en ecologisch verantwoord beheer van groenstroken stond hierbij centraal. Ook is de waarde van ontwikkeling en beheer van kademuren met kadeplanten in het Oostelijk Havengebied behandeld. Daarnaast is voor vergroening van de wijk IJburg advies uitgebracht, waarbij meer nadruk lag op kansen op en onder water, natuurvriendelijke en kruidenrijke oeverzones en ecologische verbindingen via of langs het water. Maar niet alleen in Nederlandse steden houden we ons bezig met stadsecologie. Ook in Berlijn is advies uitgebracht voor het versterken van de biodiversiteit, vooral op het gebied van gebouwbewonende soorten zoals de Gierzwaluw, een kenmerkende soort voor deze stad.
Het eindresultaat van dit soort projecten is meestal een bondige notitie met concrete handvatten voor inrichting en beheer inclusief aanduiding op kaart van delen waar prioriteiten liggen voor bepaalde vormen van vergroening.
