Ecologie en klimaat

Weidevogels in de knel door het droge voorjaar

Grutto

Regenwormen en emelten (de larve van de Langpootmug) vormen voor steltlopers ( Kievit, Scholekster, Grutto, Wulp, Tureluur, Watersnip en Kemphaan) het stapelvoedsel. Dat geldt voor de broedvogels maar ook voor de vogels die hier in het voor- en najaar doortrekken. Vochtige en natte graslanden zijn zeer geschikt om te foerageren want de prooidiertjes kunnen gemakkelijk worden bemachtigd door met de snavel in de zachte bodem te prikken. En dat is precies de reden waarom deze vogels in dit droge voorjaar van 2011 in de knel komen.

De langdurige droogte zorgt voor het opdrogen van de bovenste bodemlaag. Vooral op de klei- en klei-op-veengronden is het voedsel dan niet meer bereikbaar voor de vogelsnavel. Bovendien kruipen regenwormen dieper in de bodem bij droogte, zodat ook voor een oogjager als de Kievit er minder te halen is. De remedie ligt in hogere waterpeilen. In de meeste graslanden is sprake van een laag waterpeil, waardoor de bodems extra gevoelig zijn voor droge voorjaren.  Door gebieden plas-dras te zetten kunnen we de weidevogels direct en op korte termijn helpen, maar de echte oplossing ligt in een integrale verhoging van het waterpeil in weidevogelgebieden.
Veel weidevogels stellen het broeden uit met de droogte, of komen helemaal niet tot broeden. Het is dan ook afwachten hoe het broedseizoen in 2011 verloopt. Als er door het warme voorjaarsweer vroeg gemaaid wordt, dan ziet het er somber uit. Maar met een koude periode in mei kan het maaien ook worden uitgesteld, waardoor toch veel jonge weidevogels groot kunnen worden.  Ook dat is nog een mogelijkheid.
 

Fotograaf:
Fotograaf: