Weidevogels staan in West-Europa onder grote druk. Daarvan zijn negatieve effecten van de moderne landbouwmethoden op overleving van nesten en kuikens een belangrijke oorzaak. Maar ook in gebieden die speciaal voor ze zijn ingericht gaan weidevogels vaak achteruit. Bekend is dat predatie van eieren en kuikens door een hoge predatordichtheid bijdraagt aan die achteruitgang en populatieherstel voorkomt. Dat vraagt om meer kennis over de effecten van het bestrijden van predatoren.
In de periode 2009-2017 is in de Duitse deelstaat Niedersachsen – door A&W, de Rijksuniversiteit Groningen en Duitse partners – experimenteel onderzoek gedaan naar de gevolgen van bestrijding van grondpredatoren op de overleving van nesten en kuikens van Grutto’s. Daarbij is in sommige jaren en deelgebieden de bestrijding van acht grondpredatoren geïntensiveerd. Het in die jaren gemeten voortplantingssucces van de Grutto is vergeleken met dat in jaren en gebieden waarin de bestrijding niet was geïntensiveerd. In jaren waarin alleen op beperkte schaal is gejaagd op acht grondpredatoren was de nestoverleving laag. In het geval van intensievere bestrijding steeg de nestoverleving en was ook de kuikenoverleving over het algemeen hoger. Mét intensieve bestrijding werden jaarlijks 0,97-1,12 jongen per paar grootgebracht, tegen 0,09-0,18 jong zonder. Kortom: een positief resultaat. Hoewel bejaging van bepaalde predatoren in beginsel kan leiden tot toename van andere soorten, zijn daar gedurende het onderzoek geen aanwijzingen voor gevonden.
De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in Ardea, onder de titel ‘The effect of different mammalian predator management regimes on the reproductive success of Black-tailed Godwits Limosa limosa limosa‘. Een kopie van het artikel kan per mail worden opgevraagd via j.loonstra@altwym.nl.